Flesvoeding
Flesvoeding is in vele opzichten aangepast aan de behoeften van een kind, maar heeft niet dezelfde samenstelling als borstvoeding.
De grondstof voor kunstvoeding is meestal koemelk. Het vetgehalte wordt aangepast, het zoutgehalte wordt verminderd en er wordt ijzer toegevoegd.
Levende cellen en afweerstoffen, die in moedermelk voorkomen, zijn in kunstvoeding niet aanwezig. In sommige gevallen kiezen vrouwen voor het geven van flesvoeding of is borstvoeding niet mogelijk.
Het is belangrijk een keuze te maken die bij je past, het liefst met alle informatie die je beschikbaar hebt. Maak geen keuze op basis van wat anderen vinden of zeggen, Ongelukkig en met veel stress borstvoeding geven maakt de kans van slagen kleiner, dan is flesvoeding een goed alternatief.
Op de verloskundige is het mogelijk een leaflet “welke voeding voor je baby?” te lezen.
Indien je van plan bent flesvoeding te geven zorg dan dat alle benodigde middelen hiervoor in huis zijn als de baby geboren is. Denk hierbij aan kunstvoeding, flesjes (met speen) en een schoonmaakborstel.
In de kraamperiode zal de kraamverzorgster advies geven over de hoeveelheid voeding en hoe deze klaar te maken. Indien je voorlichting wilt over welke flesvoeding aan te schaffen, kun je deze vragen op het spreekuur aan de verloskundigen stellen.